President Iván Duque heeft woensdag de Verenigde Naties opgeroepen om de vredesverificatiemissie in Colombia te verlengen tot 2022.

De missie heeft tot taak toe te zien op de naleving van het vredesakkoord van 2016 tussen de regering en de voormalige guerrillabeweging van de FARC, die een einde heeft gemaakt aan 50 jaar conflict.

De VN-Veiligheidsraad heeft in september besloten de missie te verlengen tot eind 2020.

“De wens van onze regering is dat de waarnemingsmissie ons vergezelt voor de duur van ons mandaat, tot augustus 2022”, zei Duque na een ontmoeting met missiechef Carlos Ruiz Massieu op het hoofdkwartier van de regering.

Ruiz Massieu zei dat hoewel er zeer belangrijke vooruitgang is geboekt bij de uitvoering van de overeenkomst, zijn er nog wel grote uitdagingen, zowel op de korte als op de lange termijn.

Toen Duque in augustus 2018 werd gekozen, beloofde hij het akkoord te wijzigen, omdat hij de straffen te mild vond voor ex-strijders die zich schuldig hebben gemaakt aan ernstige misdrijven.

De meeste FARC-strijdkrachten zijn in het kader van het akkoord ontwapend en hebben zich aangesloten bij een politieke partij.

Maar de voormalige guerrillastrijders hebben de vertragingen in de toepassing van het akkoord aan de kaak gesteld, evenals het gebrek aan juridische garanties en veiligheid voor hun leden.

De VN zei dat 2019 het dodelijkste jaar was voor ex-FARC-strijders sinds de vredesovereenkomst, met 77 voormalige rebellen die in de afgelopen 12 maanden zijn gedood.

Tachtig procent van de aanvallen had betrekking op criminele groepen en organisaties die te maken hebben met drugshandel en illegale mijnbouw, zegt de VN.

In het eindejaar rapport van de missie riep VN-secretaris-generaal Antonio Guterres op tot “effectievere maatregelen om het leven van voormalige strijders te beschermen”.