Het Constitutionele Hof van Colombia stemde maandag in voor het handhaven van de restrictieve abortuswet in het land.

Het Hof oordeelde tegen het legaliseren van abortussen in de eerste 16 weken van de zwangerschap en zei dat de procedure in slechts drie specifieke gevallen toegestaan zou blijven. Net als voorheen is abortus alleen toegestaan als het leven van een moeder in gevaar is, als een foetus misvormd is of als de zwangerschap het gevolg is van verkrachting.

De uitspraak kwam hard aan bij degenen die abortus in Colombia wilden laten legaliseren. Colombia maakt deel uit van een regio, die een aantal van de strengste wetten op het gebied van voortplantingsrechten ter wereld heeft.

De beslissing werd met verontwaardiging ontvangen door mensenrechtenorganisaties en vrouwenorganisaties.

“De beslissing van het Constitutionele Hof van vandaag was een gemiste kans om aan de juiste kant van de geschiedenis te staan om Colombiaanse vrouwen en meisjes veilige toegang tot abortus te bieden,” zei Paula Avila-Guillen, directeur van Latin America Initiatives bij het Women’s Equality Center, in een verklaring.

Amnesty International beschuldigde het hof ervan vrouwen de rug toe te keren. “We betreuren het dat het hof heeft besloten de seksuele en reproductieve rechten van vrouwen te blijven beperken in plaats van een positief voorbeeld te stellen voor de regio”, aldus Amnesty International-directeur Erika Guevara Rosas.

De meeste landen in Latijns-Amerika en het Caribisch gebied passen vergelijkbare beperkingen toe op abortus als Colombia, terwijl zes landen in de regio de procedure onder alle omstandigheden verbieden.

Zondag zei de Argentijnse president Alberto Fernandez dat hij binnen tien dagen een wetsvoorstel naar het Congres zou sturen om abortus in zijn land te legaliseren.