President Gustavo Petro heeft tijdens een grote bijeenkomst in Cali het decreet voor de volksraadpleging verdedigd en gereageerd op beschuldigingen tegen zijn kabinet. Petro benadrukte dat de volksraadpleging een democratisch middel is en riep de bevolking op om actief deel te nemen, ongeacht hun stemkeuze. Hij stelde dat hij de uitslag op 7 augustus zal respecteren.
Tijdens de toespraak, gehouden op het San Francisco-plein, ging Petro in op de kritiek dat de volksraadpleging ongrondwettelijk en illegaal zou zijn. Hij gaf aan dat zijn kabinet is bedreigd met gevangenisstraf, maar verklaarde trots te zijn op medewerkers die het volk een stem willen geven. Ook hekelde hij de rol van het Congres, dat volgens hem zijn beleid systematisch heeft geblokkeerd en slechts één wet heeft goedgekeurd in drie jaar tijd.
Petro gebruikte de gelegenheid om zijn sociale voorstellen te onderstrepen, zoals een achturige werkdag die eindigt bij zonsondergang, gelijke arbeidskansen voor jongeren en het recht op pensioen voor alle werkenden en boeren. Daarnaast waarschuwde hij voor politieke leiders die volgens hem met hun retoriek aanzetten tot confrontatie en geweld, en riep hij op tot eenheid en verdediging van de democratie.
De president sloot af met de boodschap dat het moment nu aan het volk is, en dat hij als staatshoofd de wil van de Colombianen zal volgen. Petro benadrukte het belang van burgerlijke participatie en stelde dat de volksraadpleging geen bedreiging vormt voor de vrede of democratie in Colombia, maar juist een uiting is van democratische betrokkenheid.