De regering van Colombia heeft een akkoord bereikt met de onderwijzers uit het openbaar onderwijs dat een einde maakt aan een staking van 37 dagen.

Na veel kritiek op het falen het onderwijs te verbeteren is de regering erin geslaagd een akkoord te bereiken en zijn beloftes waar te maken.

Leden van de onderwijsvakbond, die in het gehele land bijna dagelijks staakten, blokkeerden vaak drukke wegen in de hoofdstad Bogotá om meer geld te eisen voor schoolonderhoud, betere voorzieningen, studentenmaaltijden en salarissen.

President Juan Manuel Santos zegt dat hij zich focust op de bestrijding van ongelijkheid en het verbeteren van het onderwijs nu er een vredesovereenkomst met de revolutionaire strijdkrachten van Colombia (FARC) ondertekend is dat een einde maakt van meer dan 52 jaar oorlog.

Maar onderwijzers zeiden dat de verbeteringen nergens te zien waren en hun salarissen, zo laag als 1,8 miljoen pesos per maand (ongeveer 610 dollar), niet voldoende was voor werk dat uitgebreide en dure hogere opleiding vereist.

“De prioriteit van de overheid was altijd om een akkoord te bereiken die het werk van leraren erkent en de onontbeerlijke rol van het onderwijs in de ontwikkeling van het land en tegelijkertijd verantwoordelijk te zijn voor de overheidsfinanciën”, zei Minister van Onderwijs, Yaneth Ghia, aan de pers.

Het akkoord zal de salarissen verhogen door middel van progressieve bonusbetalingen en maakt een grotere betrokkenheid van de vakbond mogelijk in het besteden van het geld aan het onderwijs”, zei Ghia.

De krachtige Colombiaanse Federatie van Onderwijzers (Fecode), die meer dan 350.000 leraren vertegenwoordigt, is vrijdag akkoord gegaan met de overeenkomst, nadat het een ontmoeting heeft gehad met de minister van Financiën, Mauricio Cardenas.

“De president zei dat het geld dat naar de oorlog ging, naar het onderwijs zou gaan , maar nu er geen FARC is, geen geweren, zien we de gelden niet”, aldus schoolleider Jose Escobar tijdens een protest in Bogota afgelopen week.

“Als de overheid werkelijk voor vrede werkt, moeten ze hier beginnen,” zegt Adriana Tunjo, een onderwijzer in het zuiden van Bogota, die, net zoals andere demonstranten, problemen ondervond door onder andere stroomuitval en het niet leveren van maaltijden voor zijn leerlingen.

President Santos heeft de afgelopen weken een golf van stakingen moeten doorstaan. Na een akkoord te hebben bereikt met ontevreden inwoners in Chocó  en werknemers in de havenstad Buenaventura lijkt nu na het akkoord met de onderwijzers de rust in zijn land terug te zijn gekeerd.

De VN-missie in Colombia informeerde woensdag dat het ongeveer 40% van de wapens van de FARC had ontvangen, dat is 20% minder dan het streven was volgens het vredesakkoord.

“De missie heeft nu ongeveer 40% van de bijna 7.000 geregistreerde wapens van de guerrillabeweging FARC in bewaring genomen en gecontroleerd”, zei de internationale organisatie.

Op woensdag eindigde de tweede fase van de ontwapening, waarvan 60% van het arsenaal had ingenomen moeten worden. Een derde (2.300 wapens volgens de VN) is vorige week door de rebellen ingeleverd bij de VN-missie.

Op dit moment bevinden zich 6.804 leden van de FARC in 26 transitiezones in het land om zich voor te bereiden op een terugkeer in de samenleving. Het ontwapeningsproces wordt door meer dan 600 VN-waarnemers gecontroleerd.

Op die plaatsen heeft de VN containers staan waar de wapens worden ingeleverd en een deel van deze wapens worden omgesmolten tot drie herdenkingsmonumenten.

Door logistieke problemen vanuit de regering waren niet alle transitiezones gereed voor ontvangst van de rebellen. Hierdoor liep het ontwapeningsproces vertraging op. Eind mei hebben beide partijen afgesproken de termijn van ontwapenen te verlengen met 20 dagen. Volgens het nieuwe schema had er op 7 juni 30% van de wapen ingeleverd moeten zijn, nog eens 30% afgelopen woensdag en resterende 40% op 20 juni.

De VN in Colombia is er van overtuigd dat het ontwapeningsproces zich zo zal ontwikkelen dat het zal voldoen aan de afspraken.

Het drie eeuwen geleden gezonken Spaanse galjoen San José, dat in de Colombiaanse wateren ligt, zal geborgen worden, zegt president Juan Manuel Santos.

Het schip dat meer dan 300 jaar geleden zonk voor de kust van Cartagena vervoerde mogelijk een grote lading aan edelstenen, goud en zilver. Men vermoedt dat aan boord een schat ligt dat omgerekend tussen de 2,5 en 15 miljard euro waard is.

De San José verging in 1708 tijdens een zeeslag met de vloot van de Engelse admiraal Charles Wager. Het vinden van het galjoen San José was geen toeval, het is een project dat sinds 2010 gaande is met experts op het gebied van diepzee onderzoeken. In december 2015 ontdekten de wetenschappers delen van het wrak voor de kust van Cartagena. Wie zich echter eigenaar van de waardevolle lading mag noemen, is omstreden.

Nadat president Santos de vondst van het wrak bekend maakte meldde Spanje zich en claimde het bezit van eventuele spullen aan boord. Spanje berustte zich op het UNESCO-verdrag, dat bepaalt dat gezonken schepen toebehoren aan het land van herkomst. Er is echter één kink in de Spaanse kabel: Colombia heeft dat VN-verdrag nooit ondertekend.

De Linkse ELN-rebellen hebben de Colombiaanse regering gevraagd in te stemmen met een bilaterale wapenstilstand te midden van de vredesbesprekingen ter ere van het bezoek van paus Franciscus in september.

De guerrillagroep het Nationaal Bevrijdingsleger (ELN), die werd opgericht in 1964 door een radicale katholieke priesters, zei dat een wapenstilstand de onderhandelingspositie met de regering van president Juan Manuel Santos zal verbeteren.

“Wij stellen voor in september paus Franciscus te ontvangen met een bilaterale wapenstilstand om meer kracht te geven aan de vredesonderhandelingen,” zei het ELN in een verklaring. “Het zou heel gepast zijn om onmiddellijk in te stemmen met een wapenstilstand. Jij hebt nu het woord president Santos”, voegde de guerrillagroep er aan toe.

Het ELN zei vorige maand niet te zullen anticiperen op een vredesakkoord voor de 2018 presidents- en parlementsverkiezingen.

De vredesonderhandelingen tussen de Colombiaanse regering en ELN zijn op 7 februari begonnen en zijn inmiddels de tweede gespreksrondes ingegaan.

De paus zal Colombia aan doen van 6 tot en met 10 september. Het bezoek aan Colombia zal bestaan uit vier hele dagen waarbij de steden Bogotá, Villavicencio, Medellín en Cartagena door paus Franciscus zal worden bezocht.

Het toerisme in Colombia blijft op dit moment een van de belangrijkste motoren voor de nationale economie. Dat blijkt uit de toename van 43,1% in het aantal internationale reizigers tussen januari en april 2017.

María Claudia Lacouture, minister van Handel, meldde dat het aantal internationale bezoekers tussen januari en april 1.987.989 bedroeg.

Venezuela, de Verenigde Staten en Argentinië waren de landen met de hoogste bijdrage van bezoekers, respectievelijk met 16,9%, 16,6% en 7,6%.

De meest vertegenwoordigde reizigers in de eerste vier maanden van het jaar zijn die op doorreis zijn (47,7%), deze groep groeide met 18,3%. Gevolgd door de reizigers die in Colombia verbleven (32,4%) en Colombianen die in het buitenland een bezoek brachten (10,4%).

Volgens de minister van Handel, heeft de groei van de internationale reizigers in het land een positief effect op de werkgelegenheid in de sectoren handel, hotels en restaurants. “De toeristische sector bevestigt de potentie als motor voor de ontwikkeling van het land en voor de economische groei in de regio’s. Tussen januari en april 2017, ontving Colombia 598.685 meer reizigers dan in dezelfde periode van 201”, aldus María Claudia Lacouture.

De topleider van de voormalige guerrillabeweging FARC, Rodrigo Londoño, beter bekend als Timochenko’, zal naar Noorwegen afreizen voor deelname aan een Forum over conflicten.

Met goedkeuring van de Colombiaanse regering zal de FARC-leider op 13 en 14 juni deelnemen aan het Oslo Forum in Noorwegen. Tijdens dit forum zullen meer dan 100 ’s werelds meest prominente mediators van gewapende conflicten en bemiddelaars die betrokken zijn geweest bij vredesprocessen samenkomen in Oslo om hun ervaringen uit te wisselen.

Vanuit Caño Indio in Tibú in het departement Norte de Santander zei de leider: “Het is een forum in de hoofdstad van Noorwegen, Oslo, dat elk jaar wordt gehouden. Specialisten in conflicten in de wereld ontmoeten elkaar. Deze specialisten hebben ervaring in het oplossen van gewapende conflicten”.

De regering bevestigde via het Bureau van de Hoge Commissaris voor de Vrede, dat Noorwegen thema’s zal behandelen over de logistieke problemen en de veiligheid. De FARC loopt tijdens het ontwapeningsproces, dat bijna tot haar einde loopt, tegen problemen aan vanwege logistieke hiaten van de regering.

Op uitnodiging van Noorwegen reist Timochenko af naar Oslo. Hij krijgt voor 4 dagen toestemming van de overheid om deel te kunnen nemen aan het Oslo Forum.

President Juan Manuel Santos bezocht het forum in Oslo in 2015. Destijds was zijn regering druk in onderhandeling met de FARC om een einde te maken aan een decennialange conflict. In november vorig jaar ondertekende Timochenko en president Santos een vredesakkoord dat een einde bracht aan het conflict.

De regering van Noorwegen kondigde de eerste uitbetaling aan van 10 miljoen dollar die het land doneert aan Colombia om het te ondersteunen ter behoud van de bossen en de bestrijding van klimaatverandering.

De middelen worden gebruikt om ontbossing terug te dringen en de bestrijding van klimaatverandering dat een bijdrage moet leveren aan het akkoord van Parijs en de doelstelling inzake duurzame ontwikkeling. Het ondersteuningstraject van Noorwegen zal in het kader zijn van de gezamenlijke intentieverklaring REDD+ en Duurzame Ontwikkeling.

Het doel is volgens de Colombiaanse minister van Milieu, Luis Gilberto Murillo (foto), dat de wereldwijde ontbossing in 2020 met 50% vermindert en het streven is naar het bereik van 0% in 2030. De verwachting is dat de middelen beschikbaar zijn aan het einde van 2017 via het Fonds Duurzaam Colombia.

Voor president Santos staat deze maand een nieuwe tour door Europa op zijn agenda waarin hij Portugal en Frankrijk zal bezoeken.

De eerste stop voor de president is in Lissabon, Portugal, waar hij op 20 juni op staatsbezoek zal zijn. Hij zal daar door zijn Portugese tegenhanger, Marcelo Rebelo de Sousa, ontvangen worden en met hem een besloten vergadering houden. Het Colombiaanse staatshoofd zal ook gesprekken hebben met de premier van Portugal, Antonio Luis Santos da Costa .

De president brengt een bezoek aan de Nova Universiteit van Lissabon, waar hij een eredoctoraat zal ontvangen en de Algemene Vergadering van de Republiek zal bijwonen.

Het tweede deel van de agenda is een staatsbezoek aan Frankrijk dat zal plaatsvinden op woensdagmiddag 21 juni. In Parijs zal Santos president Emmanuel Macron ontmoeten, die hem uitnodigde kort na zijn succes in de recente Franse verkiezingen.

Het staatshoofd zal ook ontmoetingen hebben met de Franse premier, secretaris-generaal van de OESO, Ángel Gurria en de voorzitter van de Senaat.

In Parijs zal de Colombiaanse president op een economisch forum spreken, zal hij gesprekken hebben met de directeur-generaal van Unesco en een ontmoeting met leiders van twintig grote Franse bedrijven.

In januari was president François Hollande in Colombia. De bezoeken staan in het teken van het jaar van Colombia-Frankrijk 2017. Dit is een samenwerking tussen beide landen bestaande uit zo’n 400 projecten en evenementen waarbij de culturele, educatieve en zakelijke uitwisselingen de banden van de landen moet versterken.

Vliegtuigmaatschappij Air Canada gaat in het winterseizoen 2017/2018 extra vluchten toevoegen aan hun dienstregeling richting Colombia. De vluchten naar Bogotá worden frequenter en er wordt een nieuwe lijndienst geopend naar de Caribische stad Cartagena.

Ook voor de Canadezen is Colombia een populaire vakantiebestemming. Air Canada speelt daarop in door de vluchtfrequentie naar Bogota op te voeren naar vijf vluchten per week. Cartagena, dat ook door KLM wordt bediend, krijgt vooralsnog één vlucht per week.

Beide bestemmingen worden aangevlogen door dochtermaatschappij Air Canada Rouge.