President Santos heeft acht Colombiaanse páramos gebieden tot beschermd natuurreservaat verklaard.
In de páramo Santa Inés de Belmira verklaarde president Juan Manuel Santos samen met zijn minister van Milieu, Gabriel Vallejo, en andere ambtenaren de acht gebieden tot beschermd reservaat.
Van de acht páramos behoren drie tot het departement Antioquia en zijn onderdeel van het programma om de gebieden te beschermen en te voorkomen dat de menselijke en industriële activiteiten de natuurgebieden ernstig beschadigen.
Te midden van de viering van de Wereld Water Dag, presenteerde het staatshoofd de afbakening van de páramos van Miraflores, Sonson, Picachos, Frontino-Urrao, Farallones, Paramillo, Tatamá en natuurlijk Santa Inés de Belmira.
Volgens de informatie van Casa de Nariño, profiteren meer dan 3 miljoen mensen van deze hoogvlaktes door de voorziening van water. Het land heeft 36 páramos en leveren 70% van het water aan de Colombiaanse bevolking.
Colombia is het land met de meeste páramos in de wereld. Ze zijn vooral te vinden tussen een hoogte van 3000 en 5000 meter. Het ecosysteem bestaat uit hoogvlakten met meren, veen en grasland, doorsneden door gletsjers gevormde valleien en afgewisseld door begroeiing met struiken en kleine bossen. Deze hoogvlaktes worden ook wel de spons van de Andes genoemd.
De Colombiaanse regering heeft begin februari alle mijnbouw activiteiten officieel verboden in de páramos. Mijnbouw in de hoogvlaktes was sinds 2011 verboden, maar concessies werden verleend voordat een totaal verbod werd ingediend. Het Constitutionele Hof zei dat een dergelijke vrijstelling ongeldig was en had bevolen alle mijnbouw activiteiten op te schorten. Het hof betoogde dat de mijnbouw voor goud en olie in het kwetsbare ecosysteem onomkeerbare schade zou kunnen veroorzaken.