Minister Lilianne Ploumen voor Buitenlandse Handel wil zich inzetten voor verbetering van de omstandigheden bij de Colombiaanse kolenmijnen. Vandaag bezoekt ze een van de grootste mijnen van het land, het Amerikaanse bedrijf Drummond, dat ook aan Nederland levert. Hier doen regelmatig verhalen van ernstige misstanden de ronde.
Bloedkolen
Samen met vijf energiemaatschappijen, E.ON, EFZ, Essent, GDF Suez Energie en Nuon, sloot Ploumen vorige week een convenant dat de omstandigheden in de mijnsector moet verbeteren. “Hiermee laten de Nederlandse bedrijven zien dat zij hun verantwoordelijkheid serieus nemen en erkennen dat zij als afnemers van kolen een maatschappelijke rol hebben. Daarmee zijn ze een voorbeeld voor hun Europese collega’s”, verklaarde de minister.
Maar het convenant stemt niet iedereen gelukkig. De afspraken zouden te vrijblijvend zijn om daadwerkelijk een einde te maken aan de ‘bloedkolen’, zoals ze in Colombia genoemd worden.
Correspondent Marc Bessems volgt minister Lilianne Ploumen op haar bezoek in Colombia en spreekt met nabestaanden van vermoorde mijnwerkers.
Paramilitairen
Maira Mendez vertelt het verhaal van haar vader, vakbondsleider Candido Mendez. Hij werkte al zeven jaar bij het Amerikaanse Drummond, tot paramilitairen hem doodschoten.
“Om twee uur ’s nachts kwamen er zo’n dertig gewapende mannen”, vertelt Maira. Vader Candido weigerde mee te gaan en zei de paramilitairen ter plekke te doen waarvoor ze gekomen waren. “We omhelsden elkaar toen we de schoten hoorden waarmee mijn vader werd gedood.”
Candido Mendez is een van de duizenden slachtoffers van de paramilitairen. Het familiebedrijf Drummond zou de militairen hebben betaald om de mijn te beschermen.
Zuiveren
Mensenrechtenorganisaties zijn daarom van mening dat bedrijven als Drummond zich schuldig maken aan mensenrechtenschendingen. John Jairo Esquivel Cuadrado, een ex-commandant van de paramilitairen met de bijnaam ‘Tijger’, vertelt over de praktijken in de mijnen: “De afspraak was dat we alle guerrilla’s uit de installaties van Drummond moesten ‘zuiveren’.”
De paramilitairen legden in 2006 de wapens neer.
Ontkenning
De mijnsector ontkent betrokkenheid bij de misstanden. Tot op de dag van vandaag wil Drummond niet met de nabestaanden en slachtoffers praten. Al hun hoop is nu gevestigd op minister Ploumen en de Nederlandse energiebedrijven.