In Buenaventura, de grootste havenstad van Colombia aan de Pacifische kust, is een avondklok ingesteld nadat er plunderingen en rellen in de stad plaatsvonden waarbij een dode is gevallen, tenminste 10 mensen gewond en 40 mensen zijn gearresteerd.
De rellen volgden na vier dagen van vreedzame protesten in Buenaventura, een van Colombia’s grootste havensteden maar ook een van de armste steden.
De lokale bewoners roepen op tot een betere infrastructuur, fatsoenlijke service in ziekenhuizen, misdaadbestrijding en voldoende drinkwater in een broeierige en klamme stad van 400.000 inwoners. Ongeveer 80 procent van de populatie in de stad is Afro-Colombiaans en klaagt vaak dat ze door de centrale overheid worden genegeerd.
Onderhandelingen tussen protestleiders en de overheid kwamen vrijdag niet tot een akkoord dat leidde tot grote onrust in de nacht van vrijdag op zaterdag.
Buenaventura is de hoofdpoort van het land naar Azië en bestaat uit ongeveer de helft van Colombia’s zeehandel. Toch ontbreken voor de 400.000 inwoners veel basisdiensten en heerst de criminaliteit.
De georganiseerde misdaad is veel aanwezig in de havenstad, waar armoede en werkloosheid aanzienlijk hoger liggen dan het nationale gemiddelde.
In 2014 publiceerde Human Rights Watch een rapport over de misdaad in de stad, waarin beschreven werd hoe criminele bendes de lugubere “casas de pique” (hakhuizen) exploiteerden, waar zij hun slachtoffers levend de ledematen afhakten.
Veel van de stad was onder de controle van twee bendes: de Urabeños en de Empresa. De bendes beperkten de leefomgeving van de inwoners door hun kinderen te rekruteren, hun bedrijven af te presen en de constante confrontatie van extreem en gruwelijk geweld.
De regering zei destijds dat het meer politie naar Buenaventura zou sturen, maar de lokale bewoners zeggen dat misdaad nog erger is geworden.
De secretaris-generaal van president Santos, Alfonso Prada, zei dat de regering het recht van mensen op vreedzaam protesteren respecteert, maar waarschuwde dat het gewelddadig handelen niet zou tolereren.
Volgens de lokale bewoners heeft de regering de gevreesde anti-oproer-eenheid ESMAD ingebracht om de demonstranten tot de orde te roepen.
Op Twitter veroordeelde president Juan Manuel Santos “het vandalisme en de plundering” en zei dat de situatie onder controle was.