Colombiaanse koffieboeren vragen om overheidssteun vanwege daling koffieprijzen

De Nationale Federatie van Koffieboeren (FNC) vroeg woensdag aan de regering om dringende hulp vanwege de lage prijzen op de internationale markten.

De koffieboeren riepen de regering op om structurele veranderingen door te voeren om de koffieboeren te helpen het hoofd boven water te houden in verband met de lage internationale prijzen.

Colombia, ’s werelds grootste producent van milde arabicabonen, kampt met de lage internationale koffieprijzen. Waar het in november 2016 nog een prijs had van 1,60 dollar per pond, is het deze maand gezakt onder de dollar.

FNC, die vaak heeft gewaarschuwd voor de crisis in de sector, vroeg de regering van Iván Duque om steun door middel van subsidies en een stimulans voor de vernieuwing van koffieplantages.

De federatie vroeg in 2018 herhaaldelijk om overheidssteun tegen lage prijzen, en het land besteedde uiteindelijk minstens 13,5 miljoen dollar aan de financiering voor herbeplanting. Volgens critici lang niet voldoende om de koffieproductie te ondersteunen.

Volgens Roberto Velez, directeur van FNC, moeten de koffieboeren ongeveer 1,40 tot 1,50 dollar per pond verdienen om de onkosten voor meststoffen te kunnen betalen en het rendabel te houden.

De ineenstorting van de internationale prijs voor koffie komt mede door de enorme omvang van de Braziliaanse koffieproductie en onder invloed van een zwakke munt in Brazilië.