Het Nationaal Bevrijdingsleger (ELN), de enige actieve Marxistische guerrillabeweging in Colombia, heeft zijn gijzelaar Odín Sánchez vrijgelaten. Met de vrijlating van het voormalig congreslid wordt de weg vrijgemaakt voor vredesonderhandelingen met de regering.
Odín Sánchez Montes de Oca, die tien maanden lang door ELN is gegijzeld, werd vrijgelaten en overgedragen aan vertegenwoordigers van het Internationaal Comité van het Rode Kruis. Zijn vrijlating was een voorwaarde voor de vredesonderhandelingen die gepland staan op 7 februari in de Ecuadoraanse hoofdstad Quito. De regering heeft zich ook aan de voorwaarde van het ELN gehouden door afgelopen weekend twee ELN-strijders vrij te laten. Hiermee lijken de deuren open te staan voor de officiële vredesonderhandelingen tussen de Colombiaanse regering en de guerrillabeweging ELN.
De vredesonderhandelingen, die in oktober vorig jaar stonden gepland, werden uitgesteld omdat het ELN niet wilde voldoen aan de eisen van de regering, het vrijlaten van Odín Sánchez. ELN wilde in ruil daarvoor twee gevangengenomen ELN-leden, waar de regering niet op in wilde gaan.
Halverwege januari hadden beide partijen verkennende gesprekken om de start van vredesonderhandelingen te hervatten. Hierin werd afgesproken Odín Sánchez en twee ELN-leden te bevrijden voor de nieuwe geplande startdatum van 7 februari.
De regering sloot vorig jaar vrede met de guerrillabeweging FARC, na een burgeroorlog van tweeënvijftig jaar. President Juan Manuel Santos kreeg er vorig jaar de Nobelprijs voor de Vrede voor. De ongeveer 6000 overgebleven strijders van de FARC verzamelen zich op dit moment op aangewezen zones om zich te ontwapenen. Het gehele ontwapeningsproces van de FARC valt onder toezicht van een delegatie van de VN. Het ELN is met 1500 tot 2000 strijders beduidend kleiner. Een vredesakkoord met het ELN is van belang om te voorkomen dat het ELN vroegere FARC-gebieden en de drugshandel daar overneemt.