De Colombiaanse rebellenbeweging FARC heeft het eenzijdige staakt-het-vuren dat zij in acht nam vrijdag opgezegd. De guerrillero’s zijn boos over een aanval van het leger op een van hun kampen waarbij 26 strijders het leven hebben gelaten.
De FARC neemt de wapens na vijf maanden naar eigen zeggen met tegenzin weer op, maar zou niet anders kunnen door de voortdurende jacht die het leger op de opstandelingen maakt. De vredesonderhandelingen in Cuba gaan wel door. De Revolutionaire Strijdkrachten van Colombia, zoals de beweging voluit heet, herhaalden hun oproep aan de regering om nog eens samen een wapenstilstand af te kondigen, zodat er een eind kan komen aan het al decennia voortslepende conflict.
Het leger zette bij de aanval in een landelijke streek in de provincie Cauca vliegtuigen en grondtroepen in. De regeringsmilitairen doodden niet alleen 26 FARC-strijders, maar maakten volgens president Juan Manuel Santos ook een grote hoeveelheid wapens buit.
Santos besloot in april, na een aanval van de rebellen op regeringstroepen in Cauca, de luchtaanvallen op FARC-kampen te hervatten.