Ongeveer 1.900 strijders van Colombiaanse rebellen- en misdaadgroepen opereren vanuit Venezuela, waar zij aanslagen plannen en deelnemen aan de drugshandel, aldus het hoofd van het Colombiaanse leger, generaal Luis Fernando Navarro.
De Colombiaanse regering zegt al geruime tijd dat het Venezolaanse bewind een veilige haven biedt aan Colombiaanse gewapende groepen en de handel in cocaïne toestaat in ruil voor een deel van de winst.
Maar het is de eerste keer dat het leger een cijfer heeft genoemd voor het aantal dat volgens hen opereert vanuit het buurland.
De Venezolaanse president Nicolas Maduro heeft ontkend dat Venezuela drugssmokkelaars een veilige haven heeft geboden. Maar hij heeft sympathie betuigd voor de linkse ideologie van de rebellen en heeft openlijk enkele guerrillaleiders verwelkomd.
Ongeveer de helft van de 2.350 bekende strijders van de rebellengroep Nationaal Bevrijdingsleger (ELN) zijn in Venezuela, samen met ongeveer een derde van de 2.400 strijders die behoren tot dissidente groepen van voormalige FARC-guerrilla’s die een vredesakkoord uit 2016 verwerpen, vertelde generaal Luis Fernando Navarro.
“In totaal in de (Venezolaanse) staten Zulia, Tachira, Apure en Amazonas, berekenen we dat er tussen de 1.100 en 1.200 criminelen van het ELN kunnen zijn en zo’n 700 van de FARC-dissidenten,” zei Navarro.
“Het is een factor van instabiliteit dat de strategische achterhoede van deze structuren zich in de Venezolaanse grensstaten bevindt. Dit maakt het uiteraard moeilijk om hen te bestrijden,” zei Navarro, die de Venezolaanse strijdkrachten ervan beschuldigde de groepen niet te achtervolgen.
Ongeveer 80 Venezolanen vechten voor dissidente groepen van de FARC, zei Navarro, en ongeveer 180 voor het ELN.
Commandanten van de dissidente groep Segunda Marquetalia, waaronder voormalig vredesonderhandelaar Ivan Marquez, Hernan Dario Velasquez en Henry Castellanos wonen in Venezuela, zei hij, net als ELN-leider Gustavo Anibal Giraldo, bekend onder zijn alias Pablito.
De groepen vallen doelen aan in Colombia en verdwijnen dan over de grens om aan de autoriteiten te ontkomen, zei Navarro.
Een dissidente FARC-groep heeft de verantwoordelijkheid op zich genomen voor twee incidenten in juni – een autobomaanslag op een militaire basis in de grensstad Cucuta waarbij tientallen gewonden vielen, en het neerschieten van een helikopter met president Ivan Duque aan boord.
