Popayán, een van de mooiste koloniale steden van Colombia en is ook wel bekend als ‘de Witte Stad’. Tevens is het de hoofdstad van de Cauca provincie. Het bevindt zich in de vallei van Pubenza die tussen de westelijke en de centrale bergketen van de Andes ligt en bevloeid wordt door de rivieren Cauca, Molino en Ejido. Het is in 1537 opgericht door Sebastián Belalcázar, een Spaanse avonturier zoekend naar het bekende El Dorado. Het ligt aan de voet van de Puracé vulkaan, bevindend in de Andes Cordillera, halfweg tussen Bogotá en Quito. De stad trok snel kolonisten aan die suiker plantages oprichten in de vallei van de Cauca rivier. Het milde klimaat trok mensen naar de stad en het werd een belangrijk religieus centrum met vele kerken en kloosters als ook een groeiend handelscentrum. De koloniale architectuur bleef intact tot de allesverwoestende aardbeving in 1983. Er bleef maar één van de vele kerken overeind staan. Een grootscheepse wederopbouw volgde die de stad zijn koloniale uitstraling teruggaf aan de kloosters, kathedralen, kerken, koloniale huizen, straten en museums. Popayán is een Colombiaanse historische plek die genoteerd staat op de Unesco lijst van historische wereldmonumenten.
