De regering van president Juan Manuel Santos heeft woensdag een plan voorgesteld om de bijna 7000 voormalige rebellen van de guerrillabeweging FARC te beschermen. De president verklaarde dinsdag het meer dan 50 jaar durende conflict met de guerillastrijders officieel als beëindigd, nadat de laatste wapens en explosieven aan de VN waren overgelverd.
De voormalige FARC-strijders zitten al geruime tijd gecentreerd in 26 transitiezones, waar ze worden voorbereid op hun re-integratie in de samenleving. Echter volgens Farc-leider Rodrigo Londoño zijn de rebellen en hun families niet verzekerd van een veilig leven. “Er zijn al 22 moorden gepleegd in 2017”, zegt hij. De minister van Defensie Luis Carlos Villegas heeft ook bevestigd dat vorige week nog twee rebellen die amnestie hadden gekregen, zijn vermoord.
Om die redenen zet de regering nu 5.000 soldaten in om in de 10 meest risicovolle transitiezones de rebellen te beschermen. Per zone zullen 500 soldaten de veiligheid garanderen. Dat is nu “de prioriteit van de ordediensten”, zo zei Villegas woensdag. In de 16 andere overgebleven zones zullen telkens ongeveer 280 militairen de veiligheid garanderen.