Colombia heeft de verjaardag van de cruciale strijd om onafhankelijkheid van Spanje gevierd. Het was tevens de viering van het eerste jaar dat president Duque aan de macht was. Echter zijn de meningen verdeeld of dit gevierd moet worden.

De populariteit van de president is laag en zijn wetgevingsprojecten zijn door de wetgevers afgewezen of uitgesteld.

Colombia staat voor verschillende uitdagingen: een enorme migratie van Venezolanen als gevolg van de economische en politieke crisis in Venezuela, voortdurende veiligheidsproblemen, drugshandel en een traag economisch herstel.

President Duque werd in augustus 2018 gezworen als een van de jongste presidenten in de moderne geschiedenis van het land. Analisten gaven toen al aan dat zijn onervarenheid zichtbaar zal worden.

De regering van Duque hebben nadruk gelegd op de prestaties zoals een lichte daling van de cocaproductie vorig jaar, en dat er minder sociale activisten zijn vermoord. Maar de publieke perceptie is dat het niet goed gaat in Colombia.

In een recente Gallop enquête in opdracht van de Colombiaanse lokale media keurde bijna 57 procent van de ondervraagde mensen de werkprestaties van Duque af.

De Colombiaanse media hebben de afgelopen jaren een aantal van de meest recente Gallop enquêtes in de gaten gehouden.

In tegenstelling tot de peilingen en zijn critici vertelde Duque aan de grootste Colombiaanse krant dat zijn eerste jaar in functie “positief” was.

Voor velen lijkt het tegendeel waar. Met een stijgende werkloosheid en een dalende munt is de economie slechts een van de grote problemen van Duque. Na de belofte om het land te verenigen na een 50 jaar durend gewapend conflict, is de sociale verdeeldheid in Colombia nog steeds groot.