Dinsdag zijn opnieuw mensen de straat op gegaan om te betogen tegen de regering van president Ivan Duque. Hoewel de protesten vreedzaam verliepen werd er door een minderheid van de demonstranten de orde verstoord, aldus de burgemeester van Bogota.
Op zo’n twintig plekken in de hoofdstad werd er geprotesteerd door op potten en pannen te slaan en wegen te blokkeren. In verschillende steden werd gedemonstreerd, maar vooral in de hoofdstad kwam het tot botsingen tussen de betogers en de politie.
Volgens Claudia López, de burgemeester van Bogota, werd er op drie plaatsen de manifestatie verstoord “door een minderheid van de aanwezigen”. Bij deze botsingen vielen minstens 10 gewonden en werden 62 mensen opgepakt door de politie. Om de betogers te handhaven zette de politie traangas en waterkanonnen in om de gemaskerde betogers uit elkaar te drijven. Door de protesten werden op verschillende plaatsen in Bogotá het verkeer ontregeld.
In november en december vorig jaar hielden duizenden Colombianen massale demonstraties om onder andere te protesteren tegen de hervormingen van de rechtse regering van president Iván Duque. Vakbonden hebben aangegeven de demonstraties dit jaar te intensiveren.