De aanslag op een oliepijpleiding in Tibú heeft in het land geleid tot een golf van verontwaardiging. Door de olieramp zitten bijna 30.000 mensen zonder drinkwater en is het paradijselijke Pozo Azul besmeurd met olie.
Op de sociale kanalen regent het berichten over de olieramp in de gemeente van Tibú (Norte de Santander). Dinsdag 16 april werd de oliepijpleiding Caño Limón Coveñas opgeblazen, waardoor de gemorste olie in een nabij gelegen rivier terecht kwam.
Door de milieuramp zitten bijna 30.000 inwoners van Tibú zonder drinkwater. Er is een noodplan ingezet en tankwagens gaan de huizen bij langs om de mensen van water te voorzien.
Het leger is van mening dat guerrillabeweging ELN verantwoordelijk zou zijn voor de gewelddadige acties tegen de oliesector in het Catatumbo-gebied.
De inwoners worden niet alleen getroffen door vervuild drinkwater maar ook op hun inkomsten in de toeristensector. Het paradijselijke Pozo Azul, een toeristische badplaats, waar voorheen helder blauw water doorheen stroomde, is nu zwaar vervuild met olie.
Zo’n 120 mensen van oliemaatschappij Ecopetrol zetten zich in om het verontreinigde water te saneren.
— Tibú Linda (@TIBULINDA) 17 april 2019
Impresionantes imágenes que trae @TIBULINDA del turístico Pozo Azul en Norte de Santander donde hay derrame de crudo tras un atentado en el oleoducto. Antes y ahora. pic.twitter.com/dPehT6AX38
— Alejandra Rodriguez (@MariasRodriguez) 17 april 2019
