De regering van Colombia en de Marxistische ELN-rebellen hebben ingestemd om samen naar een staakt-het-vuren toe te werken, dit meldden beide partijen vrijdag.
De regering en het Nationale Bevrijdingsleger (ELN), de laatste linkse rebellengroep, zijn in februari begonnen met formele vredesonderhandelingen na meer dan drie jaar voorgesprekken te hebben gehad om een agenda voor de vredesonderhandelingen op te stellen.
De partijen zijn overeengekomen om een speciaal panel op te stellen die zal beoordelen of de voorwaarden voldoende zijn om een staakt-het-vuren te realiseren en een einde te maken aan de vijandelijkheden, zei de Colombiaanse regering in verklaring.
Pablo Beltran, leider van het ELN-onderhandelingsteam in Quito, Ecuador, zei dat de rebellen een staakt-het-vuren willen zien voordat paus Franciscus in september Colombia bezoekt.
Beltran vertelde verslaggevers in Quito dat in de tweede cyclus van gesprekken nu al begonnen zijn aan een discussies over een staakt-het-vuren dat naast het stoppen van offensieve operaties tussen de partijen ook humanitaire hulp biedt aan de bevolking.
De regering en het ELN willen een overeenkomst vergelijkbaar met die van vorig jaar met de Revolutionaire Strijdkrachten van Colombia (FARC). De grootste rebellengroep van Colombia heeft deze week officieel al haar wapens ingeleverd bij een speciale missie van de Verenigde Naties.
Het ELN, dat ongeveer 2000 strijdkrachten heeft, wordt door de Verenigde Staten en de Europese Unie beschouwd als een terroristische organisatie. Ze worden beschuldigd van ontvoering, moorden en aanvallen op de olie- en energie-infrastructuur van Colombia, als ook de afpersing van multinationals voor olie en mijnbouw.
De derde cyclus van vredesgesprekken tussen de regering en ELN begint op 24 juli in Quito.
