mijnen

FARC en leger Colombia beginnen met ontmijningsprogramma

Leden van het Colombiaanse leger en de FARC zijn aan de eerste fase van een gezamenlijke ontmijningsprogramma begonnen. Een gezamenlijk team van het Colombiaanse leger en rebellen van de Revolutionaire Strijdkrachten van Colombia (FARC) zijn begonnen met het verwijderen van landmijnen in het noordwestelijke departement Antioquia.

“Voor de eerste keer, na bijna 50 jaar van conflict, een militair bataljon en rebellen van de FARC zetten zich in om een lokale gemeenschap te helpen die ernstig zijn getroffen door het conflict”, zegt Humberto de la Calle, hoofdonderhandelaar van de Colombiaanse regering van de vredesbesprekingen in Havana, Cuba.

Het initiatief komt als onderdeel van een overeenkomst tussen de regering en de FARC waarin beide partijen zal helpen bij het verwijderen van landmijnen. De FARC en de militairen werken samen vanwege het uitwisselen van de informatie die nodig is over de locatie van de landmijnen, alsmede de juiste technieken die nodig zijn voor de ontwapening van de mijnen.

“De overeenkomst in kwestie is briljant. De FARC verstrekt de benodigde kaarten met de locaties van de mijnen en zijn actief in het helpen om de gebieden die zwaar door mijnen zijn bezet te identificeren, ” vermeld De La Calle.

Na Afghanistan is het  sterftecijfer in Colombia door landmijnen het hoogst van de wereld. De landmijnen hebben 2000 levens geëist en 9.000 slachtoffers sinds 1990 door de aanhoudende burgeroorlog tussen regeringstroepen, rechtse paramilitairen en guerrillastrijders zoals de FARC.

De FARC is sinds september 2012 betrokken bij de vredesbesprekingen met de regering. De twee partijen hebben tot nu toe overeenstemming bereikt over de landbouwhervorming, politieke participatie en illegale drugshandel. Akkoord over cruciale punten: zoals een definitieve wapenstilstand en herstelbetalingen voor de slachtoffers blijven op de onderhandelingstafel liggen.

Kinderen in Colombia doorkruisen mijnenvelden terwijl ze naar school lopen

50 jaar oorlog met de guerrilla in Colombia heeft zijn tol geëist op onschuldige omstanders. Studenten en boeren wonende in Cocorná, Colombia zijn genoodzaakt om te leven in uiterste voorzichtigheid bij het doen van hun dagelijkse activiteiten zoals wandelen naar school, voetballen, of werken in de velden.

De landmijnen hebben 2000 levens geëist en 9.000 slachtoffers sinds 1990, 10% van deze slachtoffers zijn kinderen. Na Afghanistan is het  sterftecijfer in Colombia door landmijnen het hoogst van de wereld.

Marta, een inwoner van een nabijgelegen dorp, vertelt over haar ervaringen met landmijnen. Toen ze 13 jaar oud was, overleefde ze het stappen op een landmijn. Een van haar buren in de tijd was niet zo gelukkig als Marta.

“Hij ging naar buiten om de koeien te tellen en stapte op een mijn. Ze vonden hem dood, liggend in zijn eigen bloed “, zei ze. “Niemand weet waar de mijnen zijn. En helaas, wij dorpelingen zijn het hardst getroffen, ook al hebben we niets te maken met deze oorlog. ”

Internationale dag tegen landmijnen

Sinds 2005 vraagt de VN op 4 april, de internationale dag tegen landmijnen, aandacht voor de ernstige gevolgen die landmijnen nog altijd veroorzaken.

Sinds de ratificatie van het zogenaamde ‘Landmijnenverdrag‘ in 1997 zijn al meer dan 41 miljoen mijnen vernietigd. Toch raken jaarlijks nog duizend mensen gewond en komen er honderden om door vergeten landmijnen.

Zo ook in Colombia is de landmijn een stille vijand die geen onderscheid maakt tussen een kind en een volwassene of tussen een strijder of een burger. Alleen al dit jaar heeft dit verschrikkelijk wapen tot nu toe 54 slachtoffers getroffen in Colombia volgens het rapport van het directoraat tegen mijnen van het ministerie van post-conflict.

Onder deze nieuwe slachtoffers vielen 36 militairen van het Colombiaanse leger waarvan 34 gewond raakten en 2 overleden aan hun verwondingen. Van de 54 slachtoffers zijn er 18 burgers, waarvan 9 gewonden en 9 doden.

Het rapport merkt op dat sinds 1990 tot afgelopen maand in totaal 11.073 slachtoffers van landmijnen heeft geregistreerd. Van dit aantal zijn 4244 burgers, waaronder 248 meisjes en 896 jongens. Van de burgerlijke slachtoffers zijn 3439 gewond geraakt en 805 verloren hun leven. De explosieven hebben 6829 leden van de Colombiaanse veiligheidstroepen getroffen, waarvan 5418 gewonden en 1411 doden.

Het departement Antioquia staat bovenaan in de top vijf van het meest getroffen door landmijnen in de afgelopen 15 jaar. Antioquia 2.465 personen, Meta 1.112, Caquetá 910, Nariño 794 en  Norte de Santander 772.

De Colombiaanse regering en de rebellenbeweging FARC hebben zeven maart een akkoord gesloten met betrekking tot een ontmijningsoperatie in het land. De rebellen zullen helpen bij het aanwijzen van de plaatsen waar er mijnen liggen, waarop specialisten van de strijdkrachten de mijnen onschadelijk zullen maken. Begin april kondigde de regering tijdens een verklaring aan dat de start van het programma zal beginnen in de provincies Antioquia en Meta.

Met haar 11.073 slachtoffers, geteld sinds 1990, is Colombia een van de meest getroffen landen in de wereld door landmijnen.