President Iván Duque zegt dat vrijdag negen FARC-dissidenten zijn gedood. Hij noemde dit een ‘duidelijke boodschap’ aan de rebellen, die zich niet meer willen houden aan het vredesakkoord uit 2016.

Volgens minister van Defensie Guillermo Botero vond de militaire operatie tegen de rebellen plaats in San Vicente del Caguán in het departement Caquetá. Op Twitter berichtte hij duidelijke taal: “De criminelen worden gewaarschuwd: ze geven zich over of ze zullen verslagen worden. Ze zullen ons niet bang maken”.

President Duque kondigde donderdag een offensief aan, nadat voormalige FARC-commandant Iván Márquez en zijn aanhangers bekend hadden gemaakt de wapens weer op te pakken. Márquez deed dat in een video samen met gewapende mannen en vrouwen. In de video was ook FARC-commandant Jesus Santrich en El Paisa te zien.

De voormalige FARC-commandant verwijt de Colombiaanse regering, dat ze niet hebben gehouden aan de afspraken die zijn gemaakt in het vredesakkoord van 2016.

Jesus Santrich wordt door de VS beschuldigd van betrokkenheid bij drugshandel en is niet komen opdagen voor een zitting van het hooggerechtshof. Volgens de Colombiaanse autoriteiten is hij gevlucht naar buurland Venezuela. President Duque omschrijft de voormalige FARC-commandant en zijn medestanders als drugscriminelen die worden gesteund door buurland Venezuela.

President Iván Duque heeft een offensief aangekondigd tegen de voormalige leiders van de rebellenbeweging FARC. Die hebben woensdag in een video gezegd de wapens weer op te pakken, omdat het vredesakkoord van drie jaar geleden zou worden geschonden door de Colombiaanse regering.

In de videoboodschap was de voormalige FARC-commandant, Luciano Marín Arango alias Iván Márquez, met zo’n twintig gewapende strijders te zien. Aan zijn zijde stond ook de vroegere guerrillacommandant Seuxis Hernández Solarte alias Jesús Santrich. Márquez zegt dat de regering hen heeft gedwongen om “weer ten strijde te trekken”.

De president zei in zijn toespraak dat hij een speciale eenheid zal inzetten met extra middelen om de voormalige FARC-commandanten op te pakken.

“Ik heb opdracht gegeven tot de oprichting van een speciale eenheid voor de vervolging van deze criminelen met extra versterkte inlichtingen-, onderzoeks- en mobiliteitscapaciteiten op het hele Colombiaanse grondgebied,” zei Duque.

De president beloofde ook dat voor elke persoon in deze video, een beloning van drie miljard peso’s (bijna 800.000 euro) zal worden uitgeloofd voor de informatie die leidt tot hun gevangenneming.

Het staatshoofd beschreef omschreef de voormalige FARC-commandanten met zijn aanhangers als een bende narcoterroristen die beschermd worden door Venezuela. “We worden niet geconfronteerd met de geboorte van een nieuwe guerrilla, maar eerder met de criminele dreigementen van een bende narcoterroristen die het onderdak en de steun hebben van de dictatuur van Nicolás Maduro,” zei president Duque.

President Duque doelt op de FARC-dissidenten en ELN-rebellen, die acties uitvoeren in Colombia vanuit buurland Venezuela en zich daar ook schuilhouden. Volgens de Colombiaanse president doet zijn ambtsgenoot in Venezuela er weinig aan om deze rebellen op te pakken. Aan de Venezolaanse oppositieleider Juan Guaido vroeg hij om Colombia te steunen in de zoektocht naar de rebellen.

Duque vroeg de Colombianen niet in de val te trappen van degenen die vandaag de dag doen alsof ze zich achter valse ideologie verschuilen om hun criminele structuren te verdedigen.

Voormalige president van Colombia Juan Manuel Santos, die samen met de leider van de FARC het vredesakkoord ondertekende, berichtte op Twitter: “90 percent van de FARC zit nog steeds in het vredesproces. We moeten blijven werken aan de eisen. De overlopers moeten met volle kracht worden onderdrukt. De strijd om de vrede zal niet stoppen!”.

De Colombiaanse regering en de linkse rebellenbeweging FARC hebben eind 2016 een einde gemaakt aan een meer dan een halve eeuw durend gewapend conflict door een vredesovereenkomst te sluiten. Het grootste deel van de circa 7.000 FARC-strijders legden hun wapens neer en begonnen aan een traject om te integreren in de samenleving. Echter, benadrukken ex-guerrillero’s de regering alsmaar dat ze haar verplichtingen niet nakomt om hen afdoende te steunen en te beschermen.

Voormalige FARC-commandant Iván Márquez heeft donderdag een nieuw offensief aangekondigd tegen de Colombiaanse regering. Hij kondigde dit aan op een video samen met andere voormalige FARC-strijders.

Drie jaar nadat de Colombiaanse regering en de guerrillabeweging FARC een vredesakkoord tekenden, heeft voormalig FARC-commandant Iván Márquez opgeroepen de wapens weer op te pakken. Hij deed dat in een video omringd door gewapende soldaten. De voormalige FARC-commandant, wiens echte naam Luciano Marin Arango is, sprak in de video van het begin van een “nieuwe fase in de gewapende strijd”.

In de video verschijnt hij samen met andere voormalige leiders van de rebellenbeweging, waaronder Seuxis Paucias Hernández, alias “Jesús Santrich” en Hernán Darío Velásquez, alias “El Paisa”, die maanden geleden stopten met het nakomen van hun verplichtingen aan het tribunaal voor speciale rechtspraak voor de vrede (JEP).

Volgens de videoboodschap heeft de Colombiaanse regering het vredesverdrag met de FARC geschonden. ‘Toen we de vredesdeal tekenden, geloofden we dat het mogelijk was om het leven van de armen en ontheemden te veranderen. De staat heeft haar belangrijkste plicht niet vervuld – namelijk het leven verzekeren van haar burgers en politieke doden vermijden.’

Marquez was een van de tien voormalige FARC-commandanten die positie innam in het Colombiaanse congres nadat de groep een legale politieke partij was geworden. De zetels in de politiek en het JEP waren belangrijke voorwaarden voor het vredesakkoord dat in 2016 werd ondertekend.

Marquez was samen met Jesús Santrich lid van het onderhandelingsteam dat met de Colombiaanse regering een vredesovereenkomst bereikte. De overeenkomst maakte een einde aan een halve eeuw durende conflict tussen de rebellengroepering en de Colombiaanse regering, dat meer dan 220.000 mensen het leven kostte en bijna zeven miljoen ontheemden.

In juli 2018 zei Marquez dat hij niet meer zitting wilde nemen in de senaat uit protest tegen de arrestatie van de voormalige FARC-commandant Jesus Santrich. Seuxis Hernández beter bekend als Jesus Santrich, is door de VS beschuldigd van betrokkenheid bij drugshandel. Santrich is gevlucht, omdat hij niet wilde opdagen voor een zitting van het hooggerechtshof.

Hoewel de aankondiging van de voormalig commandant een grote klap is voor het vredesproces, wijst de voormalige leider van de FARC het initiatief af. ‘De grote meerderheid houdt zich aan de afspraken. Ondanks alle moeilijkheden staan wij aan de zijde van de vrede’, twitterde Rodrigo Londoño. Hij is vandaag de leider van de politieke arm van de FARC.

Peru en Colombia hebben opgeroepen tot een topbijeenkomst met de landen uit het gebied waar de bosbranden in de Amazone plaatsvinden. De bedoeling is om tot intensievere samenwerking om het regenwoud beter te beschermen.

De Peruaanse president Martin Vizcarra en zijn Colombiaanse ambtsgenoot Ivan Duque zijn overeengekomen om alle staats- en regeringsleiders in het Amazonegebied samen te roepen voor een spoedbijeenkomst op zes september in Leticia en er de krachten om het Amazonewoud te beschermen te bundelen”, staat te lezen in een verklaring die na een ontmoeting tussen beide presidenten werd verspreid.

De bijeenkomst moet op 6 september plaatsvinden in het Colombiaanse Leticia. Het stadje ligt aan het drielandenpunt met Peru en Brazilië.

President Iván Duque sprak na de ontmoeting met Vizcarra over de noodzaak “een pact te smeden waarin we onze acties om onze Amazone te beschermen op elkaar afstemmen”. Hij voegde er aan toe: “Het Amazonegebied is ons patrimonium en valt onder onze soevereiniteit, (maar) het is ook een long die de hele wereld ten goede komt”.

Vizcarra zei dat ook moet worden gepraat over een langetermijnplan om ontbossing te voorkomen. Hij wil meer dan beleid dat alleen is bedoeld als reactie op het “noodgeval waar omliggende landen door deze branden mee kampen”.

In het departement Huila in de gemeente Gigante is zaterdag opnieuw een sociale leider vermoord.

De Colombiaanse autoriteiten melden dat het gaat om de sociale leider Danilo Olaya Perdomo. De 60-jarige sociale leider, die voorzitter was van een gemeentelijke actiecommissie in de gemeente Gigante, werd in zijn huis twee keer neergeschoten door een gewapende groep. De autoriteiten hebben een onderzoek naar deze zaak ingesteld.

Dit is de tweede moord tot nu toe dit jaar in het departement Huila. Het vorige slachtoffer was Humberto Díaz Tierradentro, die op 20 juli in dezelfde gemeente werd vermoord.

President Ivan Duque heeft aangegeven bereid te zijn om de nodige steun te bieden voor de Amazonebranden. Daarnaast vraagt hij de internationale gemeenschap om extra middelen om de branden in het Amazonegebied te blussen.

In een telefonisch gesprek met de Braziliaanse president Jair Bolsonaro heeft de Colombiaanse president aangegeven bereid te zijn om de nodige steun te leveren om de branden te bestrijden. Duque zei dat het ministerie van Buitenlandse Zaken, het ministerie van Milieu en het  Colombiaanse orgaan voor rampenbestrijding en crisisbeheersing  reeds contact hebben opgenomen met hun Braziliaanse tegenhangers om te coördineren hoe zij kunnen ingrijpen of helpen.

Na het gesprek lichtte hij toe dat hij aan de verschillende landen die een deel van het Amazonewoud op hun grondgebied herbergen, zal vragen om een “gemeenschappelijke verklaring” aan te nemen met de bedoeling de biodiversiteit van het grootste tropisch woud ter wereld te beschermen en ook fondsen zullen worden gebruikt voor de strijd tegen de transnationale criminaliteit die het Amazonegebied treft.

‘Ik wil graag een oproep doen aan de internationale gemeenschap opdat ze begrijpt dat er naast toespraken ook middelen en wetenschappelijke ondersteuning nodig zijn’ willen we de longen van de wereld behouden, verklaarde Duque.

De inheemse gemeenschap van de Awa-bevolking in het departement Nariño, die deel uitmaakt van het inheemse reservaat van Gran Sábalo, wordt getroffen door de vervuiling van de rivieren Guisa en Pianulpi. De vervuiling is het gevolg van lekkende olie uit de Transandino oliepijpleiding die door rebellen is opgeblazen.

De gouverneur van Nariño heeft de milieu-autoriteiten gevraagd te beoordelen in hoeverre de vervuiling het water in het gebied heeft aangetast. Daarnaast vroeg hij oliemaatschappij Ecopetrol te rapporteren over het rampenplan voor waterzuivering, waar de inheemse bevolking woont.

Mario Vitery, Statenlid van het departement Nariño, zei dat het departementale bestuur humanitaire hulp verleent aan gezinnen die door het geweld zijn getroffen.

“Vanuit de Provinciale Staten verwerpen wij deze acties tegen de burgerbevolking en vooral de gevolgen die de recente aanvallen op de pijpleiding hebben gehad voor de natuur. Bovendien dring ik er bij de gewapende actoren op aan om de aanvallen tegen de bevolking van Nariño te staken”, aldus Vitery.

De aanslag was de vijfde in minder dan acht dagen tegen het oliesysteem van staatsoliemaatschappij Ecopetrol, waarvan de meeste aanslagen plaatsvonden in de Pacifische kust van Nariño.

De financiële topman van drugsorganisatie Clan del Golfo is gevangen genomen, dit maakte president Duque donderdag bekend.

Carlos Mario Usuga was de financiële leider van de grootste criminele organisatie van Colombia, Clan de Golfo. De president meldde dat Carlos Mario Usuga was opgepakt in Monteria, Córdoba, tijdens een gezamenlijke operatie van de politie en het leger. Duque verzekerde dat hij de operaties tegen andere drugscriminelen zal voortzetten.

Carlos is de broer van Dairo Antonio Usuga, de leider van de drugsorganisatie. De leider van Clan del Golfo is de meest gezochte crimineel van Colombia en de Verenigde Staten heeft dan ook een beloning van vijf miljoen dollar op het hoofd gezet van Dairo Antonio Usuga.