De Colombiaanse autoriteiten hebben 102 illegale Venezolanen teruggestuurd naar hun land. Dat meldden militaire bronnen. Door de zware economische en politieke crisis in Venezuela zijn de voorbije maanden honderdduizenden mensen het land ontvlucht.

Volgens militaire bronnen werden de Venezolanen onderschept in de grensstad Arauca, hoofdstad van het gelijknamige departement in het westen van Colombia, door de GEM (Grupo Especial Migratorio). Deze speciale eenheid werd speciaal opgericht om het hoofd te bieden aan de delicate situatie als gevolg van de massale komst van Venezolanen. De gedeporteerde Venezolanen werden gevonden in de zogenaamde streek Paso de Las Canoas, in de wijk Libertadores in Arauca.

In Venezuela heerst een zware economische en politieke crisis met gevolg dat honderdduizenden mensen het land willen ontvluchten. Er is een groot tekort aan levensmiddelen waardoor de Venezolanen de grens van Colombia oversteken om voedsel en medicijnen te kopen terwijl anderen voor een tijdelijke onderdak zoeken.

Naar schatting steken dagelijks zo’n 35.000 Venezolanen de grens over met buurland Colombia. Volgens de Colombiaanse immigratiedienst is het aantal Venezolanen dat in Colombia woont in de laatste helft van 2017 met 62 procent gegroeid tot meer dan 550.000.

Volgens de vluchtelingenorganisatie van de Verenigde Naties (UNHCR) verblijven alleen al in Colombia nu al meer dan 600.000 Venezolanen.

Het zwaard van het standbeeld van Simón Bolívar op Plaza Bolívar in Bogotá is gestolen. De autoriteiten melden dat het zwaardblad van het zwaard van het standbeeld is ontvreemd.

De politie analyseert de video’s van de beveiligingscamera’s in het gebied om degene te vinden die verantwoordelijk is voor het stelen van het zwaard van het symbolische standbeeld van de Libertador (de bevrijder).

Het bronzen standbeeld is door de Italiaanse beeldende kunstenaar Pietro Tenerani gemaakt in opdracht van José Ignacio París, een vriend van Simón Bolívar. Het beeld, vervaardigd in 1846, was het eerste openbaar monument in de stad. Het beeld staat voor het regeringsgebouw op het plein van Bolívar.

Vanuit Mercaderes in departement Cauca riep president Juan Manuel Santos op om de agressie tegen sociale leiders en politieke kandidaten in het kader van de politieke campagne van het land een halt toe te roepen en verzekerde hij dat de staat zich aansluit bij de inspanningen om de voortdurende moord op sociale leiders in het land te voorkomen.

“We moeten degenen die afstand doen van wapens beschermen, degenen die op vreedzame wijze debatteren en protesteren, degenen die binnen de democratie werken, degenen die zich inzetten voor de rechten van de slachtoffers, wij moeten alle Colombianen beschermen.  We zijn bezorgd en bedroefd over de moorden op sociale leiders en mensenrechtenverdedigers”, zei het staatshoofd.

“Als we vrede willen – ware vrede – moeten we als Colombianen, als kinderen van dezelfde natie, gewend raken om meningsverschillen te respecteren en zonder geweld te debatteren.

Daarom wil ik in de weken voorafgaand aan twee cruciale verkiezingen oproepen tot gematigdheid, voorzichtigheid en co-existentie, zodat onze democratie meer dan ooit tevoren wordt versterkt”, voegde hij eraan toe.

Het staatshoofd heeft bevestigd dat degenen die Colombianen aanvallen en terrorisme plegen, geconfronteerd moeten worden met het krachtdadig optreden van de veiligheidstroepen.

Er komt een decreet om het budget voor de veiligheid van sociale leiders te verhogen. Daarnaast komt er een decreet dat gouverneurs en burgemeesters verplicht prioriteit te geven aan de bescherming van sociale leiders op hun grondgebied.

Vanuit Pereira bevestigde de minister van Defensie, Luis Carlos Villegas, dat hij woensdagavond telefonisch contact heeft gehad met zijn Venezolaanse tegenhanger, generaal Vladimir Padrino en zijn bezorgdheid heeft geuit dat guerrillabeweging ELN aanvallen plant en uitvoert in Colombia vanuit Venezolaans grondgebied.

Villegas sprak zijn bezorgdheid uit over de toenemende deelname van Venezolanen aan terroristische daden en georganiseerde misdaad. Hij benoemde ook de relatie tussen de aanslag op een politiebureau in Barranquilla en adressen van mensen uit het buurland en de telefoontjes die voorafgaand vanuit Venezuela werden gepleegd.

De ministers kwamen overeen om binnenkort een vergadering te houden in het grensgebied om de situatie te bespreken, die zich ook meer met zich meebrengt zoals de migrantenstroom vanuit Venezuela door de economische crisis in het land.

“Zowel aan de grens met Norte de Santander als aan de grens van Arauca is de bezorgdheid zeer groot, omdat we afgelopen dagen tijdens de zogenaamde Paro Armado (gewapende blokkades) van ELN konden verifiëren dat leden ELN en Venezolanen zowel terroristische als gewapende acties tegen de bevolking uitvoerden”, zei de minister.

Minister Villegas benadrukte dat het aantal Venezolanen dat aan deze acties heeft deelgenomen, toeneemt. “We hadden twee dode Venezolanen die een explosieve lading op een weg bij Pamplona wilden activeren. Het leger wist dit te voorkomen waardoor deze twee terroristen om het leven kwamen”.

De families van zes Amerikanen die in de jaren negentig in Colombia zijn ontvoerd en vermoord door de guerrillabeweging FARC hebben voorafgaand aan de zitting een schikking met bananengigant Chiquita bereikt vanwege betalingen die de onderneming aan de guerrillagroep had gedaan.

Aanklagers hadden Chiquita, die toegaf betalingen aan de FARC te hebben gedaan, ervan beschuldigd de anti-terrorismewet te schenden.  Het bedrijf verklaarde dat het betalingen verrichtte, bijna 220.000 dollar, om zijn werknemers te beschermen om niet vermoord te worden. Volgens de families van de slachtoffers is het bedrijf vanwege deze financiële steun aan de terreurgroep medeplichtig aan de dood van de Amerikanen.

In een verklaring zei de bananengigant: “We hebben duidelijk gemaakt dat het bedrijf te allen tijde prioriteit heeft gegeven aan de veiligheid van zijn werknemers en hun gezinnen en zodoende heeft gehandeld.  Nochtans, zeiden de families Chiquita’s financiële steun van de terroristische groep het financieel verantwoordelijk maakte voor de sterfgevallen van hun geliefden.

Chiquita had 35 bananenboerderijen opgericht in de regio Uraba in Colombia, waar ongeveer 3.000 mensen werkzaam waren.  Het was bekend dat de FARC actief was in het gebied en stelselmatig betalingen eiste van mensen en bedrijven. De eerste betaling van Chiquita aan de FARC vond plaatst in 1989, toen eiste de groep 10.000 dollar. Dit was de eerste van de 57 betalingen die tien jaar lang aan de FARC werden gegeven.

De FARC en andere paramilitaire groepen waren decennia lang betrokken bij een burgeroorlog in Colombia die aan duizenden mensen het leven heeft gekost. Aan het bloedvergieten kwam in 2016 een einde met de ondertekening van een vredesverdrag.

De procureur-generaal van Colombia heeft 21 aanhoudingsbevelen uitgevaardigd tegen de leden van het Nationaal Bevrijdingsleger (ELN), waaronder de belangrijkste vredesonderhandelaar van de guerrillabeweging, Israël Ramírez, beter bekend onder zijn naam “Pablo Beltrán”.

Het besluit van de regering volgde op het besluit van de procureur-generaal Nestor Humberto Martinez om de leiders van ELN te vervolgen voor de recente bomaanslagen.

De leiders van ELN worden aangeklaagd wegens gedwongen verdwijning, rekrutering van kinderen, rebellie, aanvallen op burgers en gedwongen ontheemding.

De arrestatiebevelen komen na een reeks van aanvallen tijdens een driedaagse nationale geweldsblokkade (Paro Armado) op het Colombiaanse wegennetwerk. De Paro Armado van ELN was als protest tegen de opschorting van de vijfde gespreksronde van de vredesonderhandelingen door president Juan Manuel Santos. De vredesonderhandelingen werden opgeschort door de regering vanwege een reeks aanslagen op oliepijpleidingen en op politiebureaus waarbij zeven agenten omkwamen.

Het openbaar ministerie zegt dat Pablo Beltran en andere bevelhebbers betrokken waren bij de bomaanslagen op politiebureaus, wegeninfrastructuur en oliepijpleidingen.

In totaal werden 27 guerrillastrijders van ELN beschuldigd van betrokkenheid bij de recente opleving van het guerrillageweld.

Ondanks oproepen van internationale organisaties en de rooms-katholieke kerk om ELN echte gebaren van vrede te laten zien, ging de linkse guerrillabeweging verder met een Paro Armado die verschillende regio’s van het land heeft getroffen. Ze voerden aanvallen uit op de infrastructuur.

Zaterdag bliezen de rebellen een brug op in het departement César, staken ze tolcabines in brand in Aguachica en bliezen ze een weg op in de buurt van Curumaní.

Maandag heeft het leger twee leden van het ELN gedood die een poging deden om een brug op te blazen in het departement Norte de Santander. Het driedaagse offensief van de ELN eindigde dinsdag om 6.00 uur lokale tijd.

Op foto: Antonio García, Gabino, Pablo Beltran en Ramiro Vargas

Het is Carnaval in Colombia en er is maar een stad die dit feest groots aanpakt. De Caribische havenstad Barranquilla viert elk jaar het grootste carnaval van Colombia. Het carnaval is op Rio de Janeiro na de grootste van Latijns Amerika en staat op de lijst van UNESCO als werelderfgoed.

Zaterdag begon het carnaval officieel met de Batalla de Flores, een grote optocht van dansgroepen en praalwagens. Zie hieronder voor een terugblik.

Op zondag volgt de Gran Parada, waarbij duizenden verklede feestvierders door de straten dansen. Op maandag is er het Festival de Orquestas, een enorm concert waar vele nationale en internationale zangers optreden. Dinsdag wordt het carnaval afgesloten met de symbolische begrafenis van Joselito Carvajal, een figuur die staat voor het grote plezier van het carnaval.

Bekijk hier live de Gran Parada:
https://youtu.be/1dEZajfawx0

Latere live uitzendingen kunt u bekijken op Telecaribe:
http://www.telecaribe.co/senal-en-vivo

Nederlandse rechercheurs gaan in Colombia, Spanje en Panama samenwerken met plaatselijke autoriteiten om de groeiende toestroom van cocaïne naar Nederland en België te stoppen. Dat zegt het hoofd van de landelijke recherche, Wilbert Paulissen, in de Telegraaf.

“Het doel is upstream disruption, oftewel: niet wachten tot de drugs in Nederland en België aankomen, maar al in de bronlanden tegenhouden”, zegt het hoofd van de landelijke recherche, Wilbert Paulissen, in de krant.

Nederlandse rechercheurs zullen in Colombia in de havenstad Cartagena worden gestationeerd om daar samen met drugsbestrijders van het Amerikaanse agentschap DEA te werken. Hoe de samenwerking er precies uit gaat zien zegt Paulissen niet. Om verder te gaan dan wat informatie uitwisselen zal ook met de Colombiaanse autoriteiten moeten worden samengewerkt. De samenwerking zal als hoofddoel hebben om de export van cocaïne tegen te houden en drugsbaronnen aan te pakken.

Voor Colombia was het vorig een succesvol jaar van drugsbestrijding. Het land had een recordvangst in 2017 waarbij honderden tonnen cocaïne in beslag werd genomen met een straatwaarde van miljarden euro’s. In januari vorig jaar was er in Hazeldonk in Noord-Brabant een grote lading onderschept. De politie vond toen 4000 kilo cocaïne in een lading bananen.

Hoewel er succesvol drugs wordt onderschept is de prijs voor een kilo cocaïne in Nederland volgens Paulissen gelijk gebleven. Het hoofd van de landelijke recherche zegt dat er volgens hem genoeg cocaïne in omloop is.

Dat er genoeg in omloop is, heeft grotendeels te maken met de toenemende cocaïneproductie in Colombia. Door het vredesakkoord tussen de Colombiaanse overheid en de voormalige rebellenbeweging FARC is er nu na ruim vijftig jaar het gewapend conflict tussen de twee partijen beëindigd. De FARC was een belangrijke spil in de cocaïneproductie in Colombia. Tijdens de vredesbesprekingen heeft de regering het aantal drugsoperaties terug gedrongen om het vredesakkoord niet in gevaar te brengen. In het vredesakkoord is afgesproken dat cocaboeren subsidie krijgen als zij alternatieve legale gewassen gaan kweken. De boeren gingen extra coca verbouwen omdat het aantal hectares meer subsidie oplevert. Daarnaast is de Colombiaanse regering gestopt met het besproeien van cocaplanten, waaruit cocaïne wordt gemaakt. Op dit moment slaagt de regering er niet goed in om de subsidies aan te bieden, waardoor de boeren nog trouw blijven aan het kweken van cocagewassen.

President Juan Manuel Santos heeft aangekondigd de grenscontroles te verscherpen door ruim 2000 extra militairen in te zetten, maar blijft de grens open houden voor de honderdduizenden Venezolanen die de economische crisis in hun land ontvluchten. President Santos beloofde dat donderdag in Cucuta, en grensstad waar veel Venezolanen Colombia binnenkomen. De regering van Santos spendeert miljoenen aan de opvang van vluchtelingen en wil de hulp blijven aanbieden.

Het aantal Venezolanen dat in Colombia woont is volgens de immigratiedienst in de laatste helft van 2017 met 62 procent gegroeid tot meer dan 550.000. Velen arriveren berooid en slapen noodgedwongen in portieken of onder bruggen. Ze proberen met slecht betaalde klusjes, waaronder bloemen snijden voor Valentijnsdag, voldoende geld bijeen te schrapen om hun kinderen en zichzelf te voeden.

Naar schatting steken dagelijks zo’n 35.000 Venezolanen de grens over met buurland Colombia. Volgens de Colombiaanse immigratiedienst is het aantal Venezolanen dat in Colombia woont in de laatste helft van 2017 met 62 procent gegroeid tot meer dan 550.000.

De regering van Santos heeft onlangs een opvanghuis geopend bij de grensstad Cucuta. Daar kunnen per dag 120 mensen terecht die daar 48 uur mogen verblijven. Het tijdelijke onderdak is bedoeld voor Venezolanen die elders in Colombia of in het buitenland een bestemming hebben, maar een verblijfplaats nodig hebben tijdens hun reis. Andere vluchtelingen slapen noodgedwongen op straat of onder bruggen en proberen hun kost te verdienen met slecht betaalde klusjes, waaronder bloemen snijden voor Valentijnsdag.