President Duque heeft een aanbod om in Spanje de vredesbesprekingen voort te zetten met de guerrillagroep ELN afgewezen. Hij deed dit tijdens het bezoek van de Spaanse president aan Colombia.

De Spaanse president Pedro Sanchez deed het aanbod gisteren op een officieel bezoek aan Colombia. Ondanks het groeiende geweld tussen de Colombiaanse regering en ELN wees Duque het aanbod van Sanchez af.

Het ELN is verantwoordelijk voor de toename van het geweld, met inbegrip van aanvallen op pijpleidingen, en een stroom van duizenden vluchtelingen in het departement Norte de Santander. De groep telt momenteel ook negen gijzelaars, waaronder vier militairen, drie politieagenten en twee aannemers.

Duque drukte een wens en de wil uit om met ELN te spreken, maar benadrukte dat de vrijlating van de gijzelaars een belangrijke voorwaarde zal zijn om met de guerrillagroep rondom de tafel te zitten. ELN heeft daarentegen bevestigd dat zij de onderhandelingen in Spanje of Cuba willen voortzetten. Hoewel aanvankelijk werd gesuggereerd dat zij de gijzelaars zouden vrijlaten, konden beide partijen geen overeenstemming bereiken over de beveiligingsprotocollen die de overdracht mogelijk zouden maken.

De vredesbesprekingen vinden momenteel plaats in Havana, Cuba, waar Colombia en de leiders van het ELN bijeenkomen om te praten over de beëindiging van wat nu een van de laatste grote conflicten in het land is.

Over een week kondigt Duque aan of de vredesonderhandelingen met de guerrillagroep worden voortgezet. Als dit doorgaat, zal dit de eerste keer zijn dat het ELN in onderhandeling gaat met de nieuwe regering sinds 1 augustus, toen Duque’s voorganger Juan Manuel Santos niet in staat was geweest om tot een vredesovereenkomst te komen.

Inmiddels is premier Sanchez na zijn bezoek aan Colombia naar Costa Rica gevlogen. Hij vatte de dialoog samen als een dialoog die de band tussen de twee naties heeft verbeterd. “We hebben onze strategische band versterkt en we zijn vastbesloten om samen te werken bij het bevorderen van mensenrechten, vrede en veiligheid. “Ik heb ook ontmoetingen gehad met vredesinstellingen die zich inzetten voor de slachtoffers van het Colombiaanse conflict op het gebied van gerechtigheid en genoegdoening”, schreef de Spaanse premier op zijn Instagram account.

De Colombiaanse minister van Buitenlandse Zaken Carlos Holmes Trujillo wil dat er internationale steun komt voor de opvang van vluchtelingen uit Venezuela. Hij maakte dat woensdag duidelijk in het parement.

“Hun aantal is vergelijkbaar met de hoeveelheid vluchtelingen uit Syrië. En elke dag worden het er meer”, verklaarde de minister van Buitenlandse Zaken. “De crisis heeft een extreme omvang bereikt. De Venezolanen komen vol van angst naar Colombia, om hier te blijven of om verder te gaan naar een ander land.”

“Gelukkig wordt de internationale gemeenschap zich bewust van de omvang en van de noodzaak om hulp te bieden met geld en via samenwerking”, zei de minister van Buitenlandse Zaken. Hij pleitte voor een internationaal hulpfonds, dat levensmiddelen en medicijnen ter beschikking moet stellen voor de Venezolaanse vluchtelingen.

In Venezuela heerst een zware economische en politieke crisis met gevolg dat honderdduizenden mensen het land willen ontvluchten. Er is een groot tekort aan levensmiddelen waardoor de Venezolanen de grens van Colombia oversteken om voedsel en medicijnen te kopen. Volgens de VN hebben al 2,3 miljoen mensen het land verlaten. Volgens experts gaat het om de grootste vluchtelingencrisis in de geschiedenis van Latijns-Amerika.

De Colombiaanse regering zal 100 miljard pesos (34 miljoen dollar) uittrekken voor een fonds om koffieboeren te helpen die getroffen zijn door de lage internationale prijzen, zeiden de minister van Financiën en het hoofd van de nationale koffieboerenfederatie (FNC) dinsdag.

De federatie, die ongeveer 550.000 Colombiaanse koffieproducerende families vertegenwoordigt, zal om de tafel gaan zitten met vertegenwoordigers van de regering om een prijsniveau te bepalen dat het gebruik van het geld en de verdeling ervan mogelijk zal maken, zei Roberto Velez directeur van FNC tegen verslaggevers in Bogota.

“We zijn net in gesprek geweest met het Nationaal Comité van koffietelers, waar de angst de lage prijs is”, zei Velez in een gezamenlijke persconferentie met minister van Financiën Alberto Carrasquilla.

“We zijn het eens geworden over het vormen van een onderhandelingsteam, waar we het eerst eens zullen worden over de startprijs, en ten tweede, wat het mechanisme zal zijn waarmee deze middelen zullen worden geleverd.”

Velez heeft gezegd dat de koffieboeren ongeveer 1,40 tot 1,50 dollar per pond moeten verdienen om de kosten voor meststoffen te kunnen betalen en nog rendabel te zijn.

De zwakke binnenlandse prijs van koffie betekent dat de waarde van de koffieoogst van 2018 waarschijnlijk 1.4 triljoen peso’s minder zal zijn dan in 2017. Dit raakt de koffiegebieden en de economie als geheel, zei de federatie in een verklaring.

De wereldwijde marktwaarde voor de Arabica koffie daalde vorige week naar het laagste niveau in 12 jaar met 99,35 dollarcent per pond, onder invloed van een zwakke munt in top koffiekweker Brazilië.

“De waarheid is dat we ons in een moeilijk moment bevinden en dat we de situatie waar we vandaag mee te maken hebben niet kunnen negeren,” zei Carrasquilla.
In 2013 en 2014 besteedde de overheid ruim 350 miljoen dollar aan subsidies voor de koffieboeren. Maar de huidige fiscale problemen kunnen de mogelijkheden van de regering beperken.

Colombia voorspelt voor dit jaar een productie van 14 miljoen zakken koffie van 60 kg, vergelijkbaar met de productie van vorig jaar.

President Duque heeft maandag officieel aangekondigd dat Colombia zich terug trekt uit de Unie van Zuid-Amerikaanse Naties (UZAN/UNASUR). De kersverse president Ivan Duque gaf aan dat een brief is verstuurd waarin het vertrek uit de Zuid-Amerikaanse organisatie officieel wordt aangekondigd.

Duque vertelde in zijn toespraak dat Colombia uit de UZAN (Spaans: UNASUR) vertrekt wegens de “stilte en lakse houding” van de intergouvernementele organisatie met betrekking tot de “brutale daden van de dictatuur in Venezuela”. “UNASUR heeft als een instituut nooit een van de misbruiken veroordeeld” van de regering van president Nicolas Maduro, zei Duque.

Op 10 augustus, drie dagen na de eedaflegging van de president, gaf Duque al aan via zijn minister van Buitenlandse Zaken Carlos Holmes Trujillo om uit de organisatie te willen stappen.

Hoewel de brief van de Colombiaanse regering aan UNASUR het vertrek van deze organisatie uit het land formaliseert, zal de procedure volgens de statuten zes maanden in beslag nemen. Zo zal het land op 27 februari 2019 de eerste van de twaalf oprichtende naties zijn die de internationale organisatie, waarvan het hoofdkantoor zich in Quito (Ecuador) bevindt, verlaat.

UNASUR werd in 2008 opgericht in Brasilia (Brazilië) om regionale politieke, sociale en economische integratie te bevorderen en tegenwerking te bieden tegen de invloed van de Verenigde Staten. De Venezolaanse crisis en het feit dat de UNASUR niet of nauwelijks heeft ingegrepen, hebben sommige leden van de regio er echter toe aangezet hun besluit om deel uit te maken van dit orgaan te heroverwegen. Colombia had zijn lidmaatschap in april van dit jaar al samen met Argentinië, Brazilië, Chili, Paraguay en Peru voor onbepaalde duur opgeschort. Colombia is het eerste land dat nu daadwerkelijk uit de UNASUR stapt. Daarnaast werd de organisatie begin 2017 vrijwel verlamd door het einde van het ambtstermijn van secretaris-generaal Ernesto Samper (voormalig Colombiaanse president) en het onvermogen van de lidstaten om overeenstemming te bereiken over zijn opvolger.

Het referendum over corruptiebestrijding dat zondag werd gehouden is ongeldig verklaard. De grens van twaalf miljoen stemmers om het geldig te verklaren is niet bereikt.

Een derde van de 36,4 miljoen Colombiaanse kiezers had een stem moeten uitbrengen om het deelnamequorum te halen, maar dat aantal is niet gehaald. Er gingen totaal 11,6 miljoen Colombianen naar de stembus om te stemmen over maatregelen tegen corruptie in het Colombiaanse congres.

De burgers konden stemmen over zeven voorstellen om een einde te maken aan corruptie. Maatregelen zoals een loonplafond voor parlementariërs, straffen volledig uitzitten van wegens corruptie veroordeelde ambtenaren, verplichting voor gekozen bestuurders om hun belastingaangiftes te publiceren en een limiet van drie termijnen dat parlementariërs zich kunnen laten herkiezen.

Het deel van het volk dat wel heeft gestemd koos massaal voor de voorgestelde maatregelen. Aanhangers van het jakamp zeggen dat de uitslag duidelijk maakt dat het Colombiaanse volk genoeg heeft van de corruptieschandalen.

President Iván Duque steunde de volksraadpleging. “Ongeacht de resultaten van vandaag is het duidelijk dat Colombia corruptie niet langer kan tolereren. De strijd tegen corruptie is geen strijd van één dag en is vandaag de dag ook niet voorbij. Ik nodig de congresleden en de politieke partijen uit om aan de roep van de burgers te voldoen”, zei Duque.

Meerdere partijgenoten van de rechtse president wilden liever via het Congres maatregelen nemen. Ook leden van de voormalige president Alvaro Uribe en de Democratisch Centrum Partij hebben gezegd dat zij hun eigen anticorruptiewetgeving zullen doordrukken.

Het Colombiaanse volk stemt vandaag in een referendum dat als doel heeft de corruptie in het congres te beteugelen.

Miljoenen Colombianen zijn de corruptie in hun land beu en deze zondag gaan ze proberen er iets aan te doen. Het referendum heeft als doel de salarissen van de leden van het Colombiaanse Congres te verlagen en wetten in te voeren die de overheidsuitgaven efficiënter en transparanter maken.

De burgers worden uitgenodigd te stemmen over zeven voorstellen om een einde te maken aan corruptie. Om de resultaten geldig te laten zijn, moeten meer dan twaalf miljoen burgers gaan stemmen. Dat is minder dan een derde van de kiesgerechtigden. Voor elke maatregel moet meer dan 50 procent van de stemmen worden uitgebracht. Het congres heeft dan één jaar om de maatregelen in wet om te zetten en hen juridisch bindend te maken. Als dat niet gebeurt, heeft de president 15 dagen de tijd om dat door middel van een decreet te doen.

Aan de kiezers zal worden gevraagd of zij met zeven maatregelen instemmen:
1. Een loonplafond dat de salarissen van leden van het Congres beperkt tot 25 keer het nationale minimumloon.
2. Personen die wegens corruptie zijn veroordeeld, hun straf volledig uitzitten.
3. Open en transparant zijn bij het inhuren van aannemers.
4. De burgers zeggenschap geven over de begroting.
5. Van leden van het Congres eisen dat ze open zijn over welke wetsvoorstellen ze hebben ingediend, hoe ze hebben gestemd en wie er bij hen heeft gelobbyd.
6. Van gekozen ambtenaren hun bezittingen, inkomsten en betaalde belastingen bekend maken.
7. Gekozen ambtenaren beperken tot drie termijnen in eenzelfde wetgevend instantie.

Ivan Duque, pas beëdigd tot president van Colombia, heeft zijn steun voor het referendum bevestigd. Echter, heeft de partij van de president onlangs zijn steun ingetrokken. Leden van de voormalige president Alvaro Uribe en de Democratisch Centrum Partij hebben gezegd dat zij hun eigen anticorruptiewetgeving zullen doordrukken.

Volgens de Colombiaanse wetgeving bedraagt het salaris van senatoren momenteel ongeveer 124.000 dollar per jaar, meer dan wat parlementariërs verdienen in landen als Nederland, Zweden en Frankrijk.

Alhoewel de maatregelen zijn gericht op het congres, vragen sommige deskundigen zich af of de veranderingen ook maar iets zouden doen om corruptie elders, zoals binnen de rechterlijke macht of de politie, te beteugelen.

Het aantal buitenlandse toeristen dat in juli Colombia bezocht, is volgens het Colombiaanse ministerie van Handel, Industrie en Toerisme toegenomen ten opzichte van dezelfde periode in 2017. In juli arriveerden meer dan 600.000 buitenlandse toeristen in Colombia.

De minister van Handel, Industrie en Toerisme, José Manuel Restrepo, legt uit dat in de zevende maand van dit jaar 655, 053 internationale reizigers een bezoek hebben gebracht aan Colombia wat een toename betekent van 99.332 mensen, 17,8% meer dan in juli 2017.

“Wij gaan een nieuw beleid invoeren met een efficiëntere aanpak dat een groter volume van bezoekers en de groei van lokaal toerisme waarborgt,” zei Restrepo. Hij verzekerde ook dat de regering zal werken aan de ontwikkeling van de infrastructuur in regio’s met een hoog toerismepotentieel en de levering van diensten van hoge kwaliteit, in overeenstemming met de internationale normen.

In de eerste zeven maanden van het jaar rapporteerde het ministerie dat tussen januari en juli 4,62 miljoen mensen het land bezochten, wat neerkomt op een groei van 32,92% ten opzichte van dezelfde referentieperiode in 2017, toen de komst van 3,47 reizigers uit andere landen werd geregistreerd. Van de cruiseschepen was de passagierstoename in juli het grootst, met een groei van 79,84%, van 3.308 in dezelfde maand van 2017 naar 5.949 cruisepassagiers in juli 2018.

Het Colombiaanse ministerie van Buitenlandse Zaken zei dinsdag dat het een protestbrief naar Venezuela heeft verstuurd, waarin het land wordt beschuldigd van het zonder toestemming de gemeenschappelijke grens te passeren met helikopters en soldaten.

“Er was een schending van de Colombiaanse soevereiniteit door twee militaire helikopters, geïdentificeerd met het acroniem van de Bolivariaanse Nationale Garde, en zo’n 30 gewapende soldaten,” zei het Colombiaanse ministerie van Buitenlandse Zaken in een verklaring.

Het ministerie stuurde een brief aan de Venezolaanse ambassade in Bogota om zijn protest tegen het incident te benadrukken, dat in de gemeente Tibu in het departement Norte de Santander op zondag plaatsvond.

De Venezolaanse regering heeft niet onmiddellijk gereageerd op een verzoek om commentaar.

Venezolaanse soldaten zijn herhaaldelijk zonder toestemming Colombia binnengekomen, waardoor de langdurige spanningen tussen de buurlanden zijn verergerd. Colombia is een gewilde bestemming voor de Venezolanen die op de vlucht zijn voor voedsel- en medicijnentekorten vanwege de diepe economische crisis van hun land.