Meer dan 200.000 mensen gingen donderdag de straat op om ontevredenheid te tonen over onder andere mogelijke economische maatregelen, corruptie en het nalaten van het vredesakkoord.

De protesten verliepen in de meeste steden vreedzaam, maar er braken botsingen uit tussen demonstranten en politie in steden als de hoofdstad, Bogota en Cali.

De minister van Defensie, Carlos Holmes Trujillo, verklaarde dat twee mensen in Buenaventura zijn omgekomen tijdens rellen midden in de nacht en een derde dode viel in Candelaria. Er raakten 122 mensen gewond, 98 mensen werden gearresteerd en 207 anderen werden naar politiebureaus gebracht, meldde Trujillo.

De details over de doden, allemaal in het westelijke departement Valle del Cauca, worden nog onderzocht, vertelde minister van Defensie vrijdag aan journalisten.

Volgens de minister vonden de gebeurtenissen in Buenaventura plaats na een poging om een winkelcentrum in de stad te plunderen. “De openbare macht kwam, maar werd het punt van gewelddadige agressie, zoals het gooien van stenen en stokken richting de oproerpolitie. Als gevolg van de confrontatie, die het onderwerp zijn van een onderzoek door de CTI, zijn twee mensen om het leven gekomen en zijn een politieagent en een marinier gewond geraakt.

In het geval van Cali, waar een avondklok werd afgekondigd, verzekerde minister Holmes dat de werkzaamheden zullen worden gecoördineerd met de lokale autoriteiten en dat er een veiligheidsraad zal worden gehouden. “Vier stations van de MIO-transportdienst werden beschadigd en plunderingen vonden in de stad plaats. Daarbij zijn 23 politieagenten gewond geraakt. Cali heeft zijn rust teruggevonden,” zei hij. “In Medellín, garanderen de autoriteiten de controle…. In Bucaramanga, Popayán en Pasto werd de orde hersteld. In Facatativa heerst nu de openbare orde,” voegde hij eraan toe.

Donderdag zei president Duque in een televisietoespraak: “Vandaag hebben de Colombianen gesproken. Wij hebben hen gehoord. De sociale dialoog is een belangrijk beginsel van deze regering en wij moeten met alle sectoren van de samenleving dit verdiepen en de sociale agenda en de strijd tegen de corruptie versnellen”.

De president, die in augustus 2018 aantrad, veroordeelde ook het geweld en zei dat de regering “plunderingen en aanvallen op privé-eigendom” niet zou tolereren.

De organisatoren van de protesten zeiden in een verklaring: “Colombia heeft op deze historische dag gewonnen door protest. We roepen alle burgers op om bereid te zijn om verdere actie te ondernemen op straat als de nationale regering onze eisen blijft negeren”.

Donderdag gingen Colombianen massaal de straat op om te protesteren tegen het beleid van president Iván Duque. In de meeste steden verliepen de protesten rustig.

In het hele land in verschillende steden werd donderdag geprotesteerd tegen onder andere de economisch maatregelen van de regering en tegen de stijgende kosten van het levensonderhoud. Studenten, vakbonden, inheemse bevolkingen en leraren protesteerden tegen een reeks aan problemen, van sociaaleconomische ongelijkheid tot geweld tegen activisten en inheemse leiders. Er is ook ontevredenheid over de arbeids-, pensioen- en belastinghervormingen die president Duque invoert en de corruptie die er heerst.

Waar het in Bolivia, Chili en Ecuador flink uit de hand liep, verliepen de Colombiaanse demonstraties grotendeels zonder ongeregeldheden. In de hoofdstad Bogota raakten wel hier en daar groepen betogers korte tijd slaags met de oproerpolitie. Zo werd traangas ingezet toen demonstranten naar het vliegveld van Bogotá wilden marcheren.

In de overgrote meerderheid van de steden van het land was de nationale staking een vreedzame dag. Vooral in Medellín, Barranquilla, Cartagena, Santa Marta, Pasto en Villavicencio benadrukten de autoriteiten het voorbeeldige gedrag van de burgers. De marsen verliepen daar in harmonie, te midden van artistieke presentaties.

De nationale staking werd ’s avonds zonder problemen afgesloten met een protestmars waarbij zoveel mogelijk lawaai werd geproduceerd door op pannen en potten te slaan. De dag dat honderdduizenden Colombianen de straat op gingen kan gezien worden als een van de grootste protesten in de recente geschiedenis van het Zuid-Amerikaanse land.

In verband met de nationale staking die gehouden wordt op 21 november zal Colombia alle grenzen sluiten met buurlanden Ecuador, Peru, Brazilië en Venezuela. Dit maakte directeur van Migratie Colombia, Christian Krüger, dinsdag bekend.

De maatregel moet een normale ontwikkeling doen verlopen van de nationale staking. De autoriteiten vrezen dat mogelijk het autoritaire regime in Venezuela misbruik wil maken van sociale onrust in Colombia. Uit voorzorg zijn ook de grenzen met de andere buurlanden gesloten om de rust te bewaken.

Donderdag 21 november is er een nationale staking georganiseerd door verschillende vakbonden en andere partijen om hun ongenoegen te uiten tegen onder meer de economisch maatregelen van de regering en tegen de stijgende kosten van het levensonderhoud.

De regering van president Iván Duque Márquez is alert vanwege de recente protesten tegen het regeringsbeleid in met name Ecuador, Chili en Bolivia.

Na de veiligheidsraad in Popayán ontkende minister van Defensie Carlos Holmes Trujillo, vergezeld van de militaire leiding en de politie, dat Bogotá zou worden gemilitariseerd op donderdag 21 november, de dag van de nationale staking.

Trujillo gaf aan dat de Colombiaanse regering de vreedzame staking respecteert en dat de openbare macht aandacht heeft voor de rust van de burgers, maar ook voor een krachtige reactie in het geval van een verstoring van de openbare orde.

“In Bogota werd op verzoek van de lokale autoriteiten tijdens een veiligheidsraad overeengekomen, dat leden van de 13e Brigade van het nationale leger de patrouilles van de Colombiaanse politie en immigratiedienst zouden begeleiden tot aanstaande woensdag 20 november”, aldus Trujillo.

Hij wees erop dat de lokale autoriteiten autonoom zijn in het nemen van maatregelen om de veiligheid van de burgers te waarborgen.

Burgemeesters en gouverneurs in Colombia verwerpen de berichten die via sociale netwerken circuleren en die aanzetten tot geweld tijdens de dag van de nationale staking, die gepland staat voor 21 november aanstaande.

De leiders zijn het erover eens dat het recht op vreedzaam protest, dat als een van de democratische pijlers wordt beschouwd, door de Colombiaanse rechtsstaat wordt gesteund. De burgemeesters en gouverneurs waarschuwen echter, via de Nationale Federatie van Departementen (FND), dat het aanzetten tot het ontstaan van chaos en geweld door alle burgers moeten worden afgewezen.

OP 21 november wordt er een nationale staking gehouden waarbij verschillende vakbonden uit het land aan zullen meedoen. Niet alleen studenten en vakbondsleden uit verschillende sectoren, studenten zullen demonstreren maar ook inheemse volkeren zullen zich aansluiten bij deze staking tegen het beleid van president Ivan Duque.

Studenten hebben dit jaar al veel geprotesteerd tegen de regering die de gemaakte afspraken niet naleeft en de corruptieschandalen binnen het onderwijs. De inheemse volkeren laten hun stem horen vanwege de aanhoudende moorden op inheems leiders door gewapende groeperingen. Volgens de inheemse volkeren doet de regering te weinig aan om hen te beschermen. Daarnaast gaan de mensen de straat op vanwege arbeids-, pensioen- en belastinghervormingen die Duque invoert en de corruptie die er heerst.

Het land houdt zijn adem in vanwege de hevige rellen die het Zuid-Amerikaanse continent de laatste tijd ondergaat, zoals die hebben voorgedaan in Ecuador, Chili en Bolivia. Om die reden roepen burgemeesters, gouverneurs en politici op tot een vreedzame staking op 21 november.

Het tweede regenseizoen van Colombia, dat in oktober begon, heeft 20 levens geëist, 66 gewonden en een vermiste.

Het  Colombiaanse orgaan voor rampenbestrijding en crisisbeheersing (UNGRD) zei in een verklaring dat na twee maanden van aanvang van het tweede regenseizoen van 2019, 214 incidenten in 155 gemeenten in 26 van de 32 departementen zijn geregistreerd.

In noodgevallen zijn 9.221 gezinnen getroffen, zijn 43 huizen helemaal vernield en van 4.607 huizen is er sprake van mogelijke instorting.

De departementen, die het grootste aantal getroffen gezinnen hadden, zijn Antioquia, Bolívar, Atlántico, Magdalena en Cesar.

Colombia kent twee regenseizoenen per jaar, de eerste van maart tot juni en de tweede van oktober tot december.

Wat de regentijd betreft, heeft het Colombiaanse instituut voor Hydrologie, Meteorologie en Milieukunde (IDEAM) in de departementen Boyacá, Cundinamarca, Antioquia, Caldas, Quindío, Nariño en Meta code rood uitgeroepen vanwege mogelijke aardverschuivingen.

In de loop van 2019 werden 1.276 incidenten geregistreerd als gevolg van de regens, waarbij stormen, overstromingen en aardverschuivingen het vaakst voorkwamen, met 125 doden, 166 gewonden, 11 vermisten en 72.700 getroffen gezinnen in 31 departementen als gevolg.