De Amerikaanse president Donald Trump zei woensdag, dat de drugshandel in Colombia met 50% is gegroeid sinds Ivan Duque in 2018 Colombia regeerde. Hij beschuldigde ook Colombia, Honduras, Guatemala en El Salvador, van het sturen van hun criminelen naar de VS.
“Ik twijfel er niet aan dat Honduras, Guatemala, El Salvador en Colombia ze naar de Verenigde Staten sturen, omdat zij ze niet willen, omdat ze geloven dat mensen in de Verenigde Staten dom zijn en ze criminelen ontvangen,” zei Trump tijdens een fondsenwervingsevenement voor zijn verkiezingscampagne in San Antonio, Texas.
“Ze sturen echte moordenaars omdat ze de bendes niet willen, dus sturen zij ze naar ons land,” zei Trump over die landen.
Over Colombia zei Trump: “Jammer genoeg, de drugshandel is met 50% gegroeid sinds het aantreden van Duque”. Dit deed hij zonder de bron van deze informatie te vermelden.
Trump bekritiseerde Duque eind maart ook al. Toen zei hij dat Duque echt een goede kerel was, maar dat er meer drugs was aangekomen in de V.S. sinds zijn aantreden als president van Colombia. Begin april kreeg Duque weer de wind van voren. Trump zei dat Duque niets deed om de drugshandel naar de Verenigde Staten te stoppen.
Duque verdedigde het drugsbeleid van zijn regering tijdens een openbaar evenement in havenstad Cartagena, waar hij driemaal herhaalde dat “wij verantwoording verschuldigd zijn aan het Colombiaanse volk” zonder expliciet te verwijzen naar Trump.
De Colombiaanse president drong er bovendien op aan bij de internationale gemeenschap om een wereldwijde toename van de drugs aan te pakken, en benadrukte de opofferingen van Colombia sinds de golf van cocaïneproductie en drugshandel in Colombia in de jaren zeventig.
Dit fenomeen moet door alle landen worden overgenomen. Daarom werd in de verdragen van de jaren ’70 getracht deze plaag met een duidelijk gevoel voor moraal te beteugelen, enerzijds om de confrontatie met het aanbod en anderzijds de vraag aan te gaan.